dinsdag 28 oktober 2008

Surprise

75% van de Nederlanders heeft last van sleur en wil meer verrast worden. Mijn eerste reactie was waarschijnlijk dezelfde als die van u: "Nederlanders? Sleur? Dat kan nóóit!" Helaas voor u is het echter gewoon waar; het stond namelijk in de Telegraaf. Of in ieder geval een glossy met daarop heel groot het logo van 's Nederlands dagelijkse en actuele Privé. Driekwart van u heeft last van sleur en wil meer verrast worden. U bent al jaren uitgekeken op de huisvrouw of zakenman waar u al jarenlang naast ontwaakt, de rit naar en van het werk, telkens met dezelfde pitstop bij dezelfde crèche om uw 1,7 kinderen af te leveren dan wel op te halen. U bent de kant-en-klaarmaaltijden van Albert Heijn meer dan beu en ook na tien rondjes zappen langs alle commerciëlen trekt u iedere avond dezelfde conclusie dat er niets op televisie is.
"Vroeger was alles beter" is een uitdrukking die u tot voor kort slechts hoorde bezigen door mensen die twee keer zo oud zijn dan u. Mensen die de wereld nog in zwart/wit hebben meegemaakt en op woensdagmiddag met de hele straat voor de buis hingen omdat "Swiebertje" werd uitgezonden. Er was niets en je was tevreden met wat je had. De komende tijd gaat u die uitdrukking vaker horen bij leeftijdsgenoten, want de kans is groot dat driekwart van uw vrienden- en kennissenkring het meer dan zat is met die sleur. Vroeger, toen werd er uitzinnig gevreeën in tochtige steegjes omdat niemand nog gehoord had van aids, mocht er nog gerookt worden in de bruine kroeg, ging u met uw kersverse scharrel op vakantie naar een warm en zonnig land om de verkering bij thuiskomst direct te verbreken ten faveure van de volgende kroegliefde.
De Nederlander, of in ieder geval 75% daarvan, wil de sleur doorbreken en verrast worden. De verrassing schuilt daarin vaak in kleine dingen. Neem weer eens een grote bos bloemen mee voor uw vrouw. Gewoon zomaar. Of werp de kinderen in de schoot van uw ouders en ga een lang weekend naar Parijs om daar uitzinnig te vrijen in een tochtige steeg. Nu het nog kan, zeg maar. Een verrassing zit namelijk soms in een klein hoekje.

dinsdag 7 oktober 2008

Rijbewijs

Ondanks de inmiddels door mij bereikte leeftijd van achtentwintig jaar, heb ik nog steeds geen rijbewijs. De afspraak was ooit dat als ik niet zou beginnen met roken voor mijn achttiende, mijn rijlessen, al dan niet gedeeltelijk, zouden worden betaald door mijn ouders. Het gegeven dat ik twee dagen na mijn achttiende verjaardag mijn eerste sigaret opstak ten spijt is dat er nooit van gekomen.
Ik zag namelijk nooit echt het nut in van een rijbewijs. Naar een concert, verjaardag of evenement kon ik altijd meeliften met één van de autovrienden in de groep, en de meeste verjaardagen waren in de buurt zodat ik het met gemak in een kwartiertje fietste. De afgelopen jaren begon het echter toch weer te knagen. De reisafstand tussen mijn werk en thuis werd groter, de reisduur langer en het aantal verschillende vervoersmiddelen tijdens de reis groeide gestaag. Ook is mijn muzieksmaak ten opzichte van het groepje vrienden veranderd en krijg ik er jaarlijks nog steeds meer en meer kennissen bij in veraf gelegen steden.
Sinds kort rijd ik met een collega mee. Op het in eerste instantie voor mij behoorlijk onchristelijke tijdstip van kwart over zes 's ochtends staat hij voor de deur. Rond kwart voor zeven zijn we op de zaak, en vijfendertig kilometer verder, en omdat we feitelijk na een paar koppen koffie pas om half acht beginnen komt de werkdag rond vier uur 's middags pas tot zijn eind. Over die vijfendertig kilometer doen we dan ruim twee keer zo lang. Niet dat dat erg is, maar vaak zijn we pas na vijven thuis. Met de trein doe ik drie kwartier over hetzelfde stuk én krijg ik in de trein nog de kans om wat te lezen. Tenminste, tenzij ik zo'n gevaarlijk overvolle trein naar heb dat het de Auschwitz Express lijkt.
Volgens onderzoek slibt het wegennet dicht. Dat dit niet onderzocht had hoeven worden lijkt me logisch; iedereen ziet het om zich heen. De cijfers die uit dat onderzoek voortkwamen indiceren dat de gemiddelde reistijd met ongeveer vijftig procent toeneemt. Dat betekent dus een uur heen, anderhalf uur terug. Het alternatief is een totaal van anderhalf uur per dag.
Ja, de Nederlandse bevolking wordt gestimuleerd de auto te pakken met het al jaren tot mislukken gedoemde OV-chipkaartproject, de prijsstijgingen bij de NS en het chronisch gemis aan punctualiteit op het spoor. De consument grijpt massaal naar de milieu-onvriendelijke auto en laat de NS voor wat het is. Geeft niets, zal verkeersgoeroe annex hersenloze doordrammer Huizinga denken; die klanten komen zometeen allemaal weer terug als ze het stilstaan op het wegennet zat zijn.
Ik wacht denk ik nog een paar jaar met dat rijbewijs halen; het wordt vanzelf weer rustiger op de weg.

wegennet helft langer